Zet bedreiging om in kansen. Dat is de basis onder de bedrijfsontwikkeling van de families Van Lipzig en Kersten. In Velden hebben ze een melkveebedrijf met 350 koeien, een loonwerkbedrijf en zuiveltak voor een deel van hun melk.
Vroeg of laat wordt iedere ondernemer geconfronteerd met bedreigingen. Bedreigingen die het bedrijf en/of de bedrijfsontwikkeling in de weg staan of ernstig bemoeilijken. Dan resten vaak een paar opties: ermee dealen, gaan procederen, protesteren of zoeken naar andere mogelijkheden. Dit laatste doen de gebroeders Mark en Martijn Van Lipzig met hun partners Ineke en Tessa. In Velden bestieren ze een melkvee- en loonbedrijf. Na de bedrijfsovername wilden Mark en Martijn hun bedrijf verder ontwikkelen. De plannen en uitvoering waren oké. Echter een overheid en een melkcoöperatie die gedurende de wedstrijd de spelregels wijzigden zorgden vaker voor een gespannen situatie.
Telefoontje
Na de bedrijfsovername spookten allerhande ontwikkelingsopties door het hoofd van Mark en Martijn. Uiteindelijk wilden ze op de bestaande locatie hun melkvee- en loonbedrijf verder ontwikkelen. In 2010 stelde Mark aan Hub Steins, adviseur Milieu en Ruimtelijke Ontwikkeling bij de Aelmans Adviesgroep, een korte vraag: „Hub, kunnen we hier 400 koeien gaan melken?” Na het bestuderen van de situatie gaf Hub hen een positief antwoord. Het ‘ja’ van Hub Steins vormde het begin van een tocht langs provincie en gemeente.
Mark: „Vanaf het prille begin zijn we naar alle partijen steeds heel transparant geweest. We lieten iedereen zien wat we wilden en hoe we de koeien zouden gaan houden. Zo’n transparantie is heel essentieel, evenals de steun en overtuiging van je adviseur.” Met hun ondernemersvisie wonnen ze de Van Grinten prijs, een regionale ondernemerswedstrijd. „Terwijl we nog geen vergunning hadden, roemde de wethouder van de gemeente Venlo onze visie. De gewonnen prijs bespoedigde het vergunningentraject.”
Onderbezette stal
Vóór de uitbreiding in 2015 vertoefden 190 koeien op het bedrijf. De kleine marges dwongen tot het maken van een grote stap. In 2016 bevolkten 300 koeien de stal die geschikt is voor 400 dieren. Door de fosfaatwetgeving moest Van Lipzig 25 koeien afvoeren. Tevergeefs werd bij de RvS geprobeerd de status ‘knelgeval’ te krijgen. Een stal voor 400 dieren bevolkt door slecht 275 dieren vormde een echte bedreiging voor het bedrijf. Mark „Zo’n lage stalbezetting kwam financieel echt niet uit. De goed lopende loonwerktak heeft ons behoed voor een financiële rampspoed.”
De gebroeders zochten naar opties om, zonder de aankoop van dure rechten, de stal toch vol te krijgen. Uiteindelijk kwamen ze uit bij Frans en Yvonne Kersten. Zij moesten met hun bedrijf in Sevenum plaatsmaken voor een industrieterrein. „Zij zaten daardoor met koeien, zonder gebouwen en wij met gebouwen zonder koeien”, aldus Mark. Na goed overleg werd besloten om op onze locatie de twee bedrijven samen te voegen. Rode draad bij de onderhandelingen was niet hoe de twee bedrijven juridisch en praktisch samen te voegen, maar hoe ze weer het makkelijkst uit elkaar zouden komen, mocht het uiteindelijk niet klikken. Uiteindelijk verhuisden in 2016 de koeien van Sevenum naar Velden. Sindsdien voert het bedrijf de naam Brosa vof (Brem Holstein en Hoeve Rosa). Deze vof kent vier vennoten: Frans en Yvonne Kersten, Martijn en Mark.
Natuurbedreiging
De aanwijzing van het naburige ‘Zwarte Water’ als natuurgebied dat in het beheer is van het Limburgs Landschap, zouden meerderen zien als een bedreiging. Zo niet Mark van Lipzig. „We zijn met Limburgs Landschap in gesprek gegaan en beheren nu circa 50 ha grasland.”
Minder melk leveren
Toen de vennoten van ‘Brosa vof’ dachten de trein eindelijk goed op de rails te hebben, deelde Friesland Campina (RFC) hun mede dat ze de dagelijkse melkleverantie met 800 liter melk moesten verminderen. „Dat was even slikken”, aldus Mark. Maar ook deze bedreiging werd een kans.
Ze besloten deze melk zelf te gaan verwerken. In de keuken werd met succes de eerste yoghurt bereid. Met een van de eerste resultaten klopte Mark bij het naburige Van der Valk-hotel aan. „Die waren direct onder de indruk en wilden wekelijks bestellingen plaatsen. Binnen slechts twee jaar is het assortiment uitgebreid met diverse smaken yoghurt, pudding en karnemelk. Met een eigen bestelauto worden ondertussen tal van supermarkten, boerderijwinkels, scholen en het bedrijfsrestaurant van het Gouvernement van verse boerderijzuivel voorzien. Dit onder de naam ‘Zuivel van Nu’. „We beschikken over een 60-tal klanten in Limburg en Oost-Brabant. Wekelijks verlaat zo’n 3.000 liter melk in gezuivelde vorm het erf.” Op het erf staat verder een versautomaat waar klanten uit de buurt zelf hun zuivelproducten kunnen uitnemen.
Voor de zuiveltak is een apart bedrijf (Zuivel van Nu) opgericht. Deze koopt de melk in bij de vof. Mark’s echtgenote Ineke heeft de leiding van dit bedrijf. „De winsten uit dit bedrijf worden weer in de zuiveltak geïnvesteerd. Zo staat nu een uitbreiding van de fysieke zuivelafdeling op stapel en wordt geparticipeerd in de verkoop van boerenmelk via Lely”, vult Ineke aan. Door de diverse bedreigingen die op het pad kwamen is Van Lipzig nu actief op drie sporen: melkvee, loonwerk en zelf zuivelen. Dit zorgt automatisch voor een duidelijke risicospreiding. Aan het eind van ons gesprek deelt Mark een goede ervaringstip: „Blijf bij alles wat je doet je steeds focussen op je doelen!“